1. Reptielen zijn gewervelde dieren met een dikke, geschubde huid.
2. Dankzij hun huid verliezen ze maar weinig water, zodat ze in droge gebieden kunnen leven.
3. Reptielen zijn koudbloedig en kunnen alleen actief blijven als het warm is.
4. Er zijn ongeveer 6000 soorten reptielen, die in drie hoofdgroepen zijn onder te brengen: slangen en hagedissen, krokodillen en alligators, en schildpadden.
Welke aantekeningen geven de inhoud het beste weer?
Reptielen: gewerveld, dikke huid, schubben, houden goed water vast - 6000 soorten: slangen en hagedissen, krokodillen en alligators, en schildpadden.
Reptielen: gewerveld, dikke huid, schubben, houden goed water vast - koudbloedig - 6000 soorten – drie hoofdgroepen: slangen en hagedissen, krokodillen en alligators, en schildpadden.
Reptielen: gewerveld, huid houdt goed water vast - koudbloedig - 6000 soorten: slangen en hagedissen, krokodillen en alligators, en schildpadden.